Soms doet een ander iets wat je vervelend vindt. De persoon gaat over je grenzen heen. Wanneer je grenzen stelt, maak je duidelijk wat je wél en niet wilt.
Door je grenzen aan te geven, kun je meer grip krijgen op de balans tussen wat je aankunt en de hoeveelheid werk die je op je neemt. Grenzen stellen en aangeven kan ook goed zijn voor de ander. Je bent minder vaak geïrriteerd omdat je jouw grenzen duidelijker aangeeft en de ander weet waar hij of zij met jou aan toe is. Ook naar kinderen toe is het belangrijk om grenzen aan te geven. Het geeft hen een gevoel van veiligheid. Ze hebben een kader waarbinnen ze weten wat er van hen wordt verwacht. En door grenzen aan te geven naar kinderen leren ze ook zélf hun grenzen aan te geven naar anderen.
Hoe kom je erachter waar jouw grenzen liggen? En hoe geef je jouw grenzen aan?
Het is belangrijk om voor jezelf na te gaan waar jouw grenzen liggen. Gevoelens van boosheid, irritatie en verdriet kunnen een signaal zijn dat je grens is overschreden. Wees je bewust van deze gevoelens. En sta stil bij wat er aan deze gevoelens vooraf ging. Had je het idee dat de ander te weinig rekening hield met jouw behoeften? Op welk punt precies had je het idee dat je grens werd overschreden? Vind je het nog niet zo makkelijk om jouw grenzen aan te geven en heb je daar wat hulp bij nodig? Mail me, dan stuur ik je een artikel toe of maak een afspraak.